Samen met berggids Nicolas gaan we te voet naar een van de andere bergtoppen. Na een korte rit met zijn busje komen we aan in Les Allues waar we boven in het dorp parkeren. Nicolas gaat met ons boven een fondue in de natuur bereiden met alleen regionale producten. Dat betekent dat we alles wat we gaan eten mee naar boven moeten nemen.
Het bergpad wordt al snel steil. Het tempo gaat omlaag en we moeten kleine pasjes maken van Nicolas. Dit is zijn werk en zijn leven, vertelt hij. Hij organiseert deze tochten het gehele jaar door voor kleine en grotere groepen. Daaronder vallen dit soort tochten, maar ook in de winter dagtochten in de sneeuw tot 2850 meter hoogte. Zodra het echt alpinisme wordt draagt hij het over aan ervaren gidsen. Dat is niet mijn ding, vertelt hij. Zijn roots liggen in Normandië maar al jong werd hij gefascineerd door de bergen. Nicolas is 52 en doet dit werk nu al 26 jaar en nog steeds met heel veel plezier.
In de natuur vinden we overal bloemen. Gelukkig stopt hij vaak om uitleg te geven. Zijn passie in de verhalen die hij vertelt is voor ons allen voelbaar. Voelbaar is ook het omhoog klimmen. De sauna heeft er voor gezorgd dat onze poriën openstaan, wat in combinatie met de vochtigheid en de lichte mist ervoor zorgt dat onze brillen beslaan van de transpiratie. Je merkt nu pas goed hoe zwaar wandelen in de bergen kan zijn en dat je altijd moet zorgen voor extra warme en droge kleding.
Als we eenmaal op plek aankomen waar Nicolas ons gaat verrassen is het genieten in het kwadraat. De plek ligt ergens onder de top van deze kleinere berg en is een minidalletje met heel veel bomen. Nicolas heeft een verrassing en wil ons het uitzicht naar de Mont Blanc laten zien. Het is zijn spel, want op de plek waar we dit uitzicht moeten krijgen kijken we aan tegen de wolken om ons heen. Bij helder weer kun je hem zien, glimlacht hij. ‘Vinden jullie hem ook zo mooi?’. We spelen mee, het moment is bijzonder. Ook hier krijgen we weer uitleg over de bloemen.
Daarna beginnen de voorbereiding voor ons diner aan de picknicktafel. Nicolas heeft speciaal voor ons zelfs glazen meegenomen, want we doen ook een wijnproeverij, zegt hij. Een seconde later tovert hij 3 flessen wijn uit een andere rugzak. Langzaam begrijpen we waarom die rugzakken zo zwaar zijn. Op het menu staat verder een fondue van witte wijn met de lekkerste kaas die je hiervoor kunt krijgen, de reblochon. Hij heeft 3 hele kazen meegenomen, na zo’n inspanning is een halve kaas per persoon voldoende. Gedroogde champignons en wat peper maken het af. Verder staan er wat gedroogde worsten op het menu als voorgerecht.
Terwijl de fondue wordt klaargemaakt proeven we de wijnen van Philippe Grisard. Het is genieten in het kwadraat. De omgeving, de verhalen van Nicolas, alles lijkt hierboven te kloppen. De natuur werkt ook mee, regelmatig komen er flarden mist voorbij die de omgeving alleen nog maar mooier maken. Als het langzaam donkerder wordt, ruimen we alles op en dalen we terug naar ons vertrekpunt. Nicolas geeft ons mijnwerkerslampen om goed de weg terug te vinden op de steile paden. Toch moeten we ze uit doen en een worden met het donker. De witte plekken die je op het pad kunt onderscheiden zijn stenen en het is waar. Na verloop van tijd wennen je ogen aan de duisternis en wandelen we langzaam omlaag. Voor iedereen die naar de omgeving in Méribel gaat kunnen we echt adviseren om een tocht met Nicolas te gaan maken. Het is een ervaring die je niet snel meer vergeet.