De Canarische Eilanden, een prachtige Spaanse archipel in de Atlantische Oceaan, zijn een fantastische vakantiebestemming. Ze staan bekend om de veelzijdige landschap en aangename klimaat. Elk van de zeven hoofdeilanden – van het levendige Tenerife en het vulkanische Lanzarote tot het groene La Palma en het rustige La Gomera – heeft zijn eigen charme. Het is de perfecte bestemming om te genieten van uitgestrekte stranden, indrukwekkende vulkaanlandschappen (zoals die van el Teide) en weelderige natuurreservaten. Het hele jaar door is het een ideale bestemming voor zonliefhebbers, avonturiers en cultuursnuivers die willen genieten van de authentieke eilandcultuur en gastronomie.

Welk van de Canarische Eilanden is het leukst?

De Canarische Eilanden bestaan uit zeven hoofdeilanden en enkele kleinere eilanden. Maar waar moet je zijn? wat is het leukste eiland? En wat kun je per eiland precies verwachten?

  1. Tenerife – Het grootste eiland, bekend om de Teide-vulkaan, stranden en levendige steden zoals Santa Cruz.
  2. Gran Canaria – De perfecte mix van stranden, duinen (zoals die van Maspalomas) en bergen.
  3. Lanzarote – Bekend om het vulkanische landschap en het werk van kunstenaar César Manrique.
  4. Fuerteventura – Geroemd om zijn lange, witte zandstranden en uitstekende windsurf- en kitesurfmogelijkheden.
  5. La Palma – Ook wel ‘La Isla Bonita’ genoemd, staat bekend om zijn weelderige natuur, bossen en sterrenkijken.
  6. La Gomera – Een rustig eiland met diepe kloven en het beroemde nationaal park Garajonay.
  7. El Hierro – Het kleinste en meest afgelegen eiland, bekend om zijn ongerepte natuur en duurzame energie.