De Franse Maurienne Vallei is niet heel erg bekend onder wintersporters en dat is eigenlijk best gek. Er zijn hier namelijk zoveel bijzondere plekken te ontdekken! Karin maakte een roadtrip door de Maurienne Vallei en neemt je in vier delen mee tijdens haar reis.
Op de laatste dag van onze road trip trekken we naar het diepste punt van de vallei. In de zomer kun je hier gewoon doorrijden, over de hoogste verharde bergpas van Europa, de col de l’Iséran, maar in de winter is dit het einde van de vallei, die hier Haute Maurienne heet.
En dat is te merken als we vanaf Valfréjus via de verschillende dorpjes van Val Cenis naar Bonneval-sur-Arc rijden, het ultieme eindpunt. In dit sneeuwrijke gebied draait het niet zozeer om skiën en snowboarden, waar de gemiddelde Nederlander toch voor komt op zijn wintersport, maar staat de rust en natuur centraal. Parallel aan de weg wordt gelanglauft, her en der spotten we een groepje sneeuwschoenwandelaars die de stille natuur ingetrokken zijn, en je kunt hier ook prachtige toerskitochten maken.
Bonneval-sur-Arc is verkozen tot een van de mooiste dorpjes van Frankrijk ‘les plus beaux villages de France’, en dat is niet gewoon een leuke titel, maar echt een label dat door een speciale stichting wordt toegekend. In heel Frankrijk zijn er zo’n 150 officiële ‘plus beaux villages’ – en laten we wel wezen, Frankrijk heeft ontélbare mooie dorpjes.
Bonneval is dan ook uitzonderlijk mooi. Authentieke, eeuwenoude bouw (inclusief kerkje natuurlijk), enorm veel sneeuw (dat maakt het extra bijzonder), en sfeervolle winkeltjes en restaurantjes. Naast deze authentieke dorpskern heeft Bonneval nog een andere identiteit: die van de wintersport. Rijd je namelijk een stukje verder, tot achter het dorp, dan vind je een tweede centrumpje met een stoeltjeslift die toegang geeft tot het bescheiden skigebied (25 km piste). Maar voor pisteskiën moet je hier niet zijn. Omdat dit de eindhalte is, is toerskiën en offpisteskiën hier beter dan waar dan ook, en in het dorp vind je dan ook een mooie mix van langlaufers, sneeuwschoenwandelaars en toerskiërs.
Wil je wel echt pisteskiën in de Haute Maurienne, dan moet je naar Val Cenis. Hier heb je een (ook weer zo’n low budget) mooi skigebied van 125 km piste. Het verbindt de vijf in het dal gelegen dorpjes Termignon, Lanslebourg, Les Champs, Lanslevillard en Le Haut met elkaar – je skiet dus tegen een bergflank aan. Vanaf het hoogste punt, La Met, heb je een prachtig uitzicht richting Italië over het Lac du Mont Cenis. Dit jaar is dit uitzicht extra bijzonder, want het stuwmeer is leeggehaald voor tienjaarlijks onderhoud. Ten tijde van de aanleg van het meer hebben bewoners plaats moeten maken, en dus zie je nu nog de resten van huizen die gewoonlijk onder water staan. Helaas is het te gevaarlijk om deze te bezoeken, en dus is er op La Met een uitkijkpunt gemaakt vanwaar je het beste zicht hebt op het meer.
Helaas voor ons is het meer door de bewolking niet te zien: alleen als we de andere kant opkijken, hebben we nog iets van uitzicht. Na het uitkijkpunt skiën we nog een uurtje, maar dan moeten we toch echt opnieuw de auto in om de thuisreis te aanvaarden. En hoewel ieder afscheid pijn doet, kunnen we gelukkig teren op een enorme voorraad aan onvergetelijke herinneringen uit een relatief onbekende, maar niet minder indrukwekkende vallei.
Foto credits header: savoieleysse – Fotolia.com.
Met dank aan: Karin Jurgens.
