Er zijn geen regels in Istanbul omtrent het verzorgen van de katten. Dat doen de inwoners gezamenlijk en met liefde. Ze worden nergens weggejaagd, maar juist overal toegelaten. En dus zie je ze overal: in winkels, in moskeeën maar ook in drukke parken liggen ze lekker in het zonnetje tussen de mensen. Op het terras komen ze naast je liggen en in winkels kiezen ze het beste plekje in de zon uit. Je kunt maar beter geen muis of rat zijn in Istanbul, want dan is je geen lang leven beschoren.
Op straat staan overal goed gevulde etensbakjes. Pas wanneer je erop gaat letten dan zie je dat er veel meer katten zijn dan je in eerste instantie denkt. Ook staan overal goed gevulde etensbakjes en bakjes met water en melk. Maar soms ook worden er losse brokjes op een hoopje op straat gestrooid. De katten van Istanbul zijn er duidelijk blij mee want de meesten zien er goed doorvoed uit.
Je merkt ook dat de katten in Istanbul gewend zijn aan toeristen. Ze rennen of kruipen niet weg, maar mengen zich onder de mensen en komen kopjes geven. De wijk Galata lijkt – voor de katten – de meest geliefde wijk van Istanbul te zijn. Daar zijn er nog meer dan je in andere delen van de stad ziet. Ik heb veel grote steden ter wereld gezien, maar geen stad die zo lief en zorgzaam met zwerfdieren omgaat, en dat maakt Istanbul misschien nog wel leuker dan deze stad van zichzelf al is.