Er zijn van die plekken waar je meteen het gevoel hebt dat alles klopt. Laax in Zwitserland is zo’n plek. Het skigebied van Flims-Laax-Falera is prachtig. En overal waar je komt hangt een relaxte sfeer: in de hotels, restaurants, berghutten en zelfs op de piste. Die laid-back vibe komt misschien wel door de vele snowboarders en freestyle skiërs die komen voor de snowparks – met onder andere de grootste halfpipe ter wereld. Met verrassend veel goede restaurants en toffe activiteiten die je kunt doen ná het skiën of snowboarden, is dit een topbestemming voor een wintersport in Zwitserland!
Lees ook even dit artikel, over Laax en duurzaamheid, waar dit skigebied in uitblinkt. Laax wil het eerste zelfvoorzienende skigebied in de Alpen worden en het volgende decennium ingaan als een 100 procent duurzame wintersportbestemming. Ze zijn hard op weg om dat doel te halen.
Wij sliepen in het Riders Hotel in Laax, op loopafstand van de skiliften. En dat is in meerdere opzichten een aanrader. De ligging is top en het is een super strak en hip designhotel, met vooral veel natuurlijke materialen. Er hangt een heerlijk relaxte sfeer. En voor het ontbijt moet je even de tijd nemen: zeer uitgebreid en heel lekker.
Leuker nog is dat ook hier duurzaamheid op nummer één staat. Er wordt uitsluitend zonne-energie en energie uit waterkracht gebruik. Er is een zero-waste beleid en het restaurant is vegan/vegetarisch. Maar ga daar zeker een keer eten, ook als je niet in het Riders Hotel slaapt, want ik heb zelden zo lekker gegeten als hier.
En dan nu de tips: wil je op wintersport naar Laax in Zwitserland? Dit is wat je kunt verwachten. De leukste tips om te doen in de winter op een rij.
Het skigebied van Laax combineert de skidorpen van Flims, Laax en Falera. Het is een van de grootste aaneengesloten skigebieden van Zwitserland met 224 kilometer aan pistes. Er zijn 5 snowparks en 28 skiliften, waarvan 70 procent zich op een hoogte tussen de 2.000 en 3.000 meter bevindt. En dat maakt het zo’n goede keuze voor een wintersportvakantie, want het is een van de meest betrouwbare wintersportgebieden ter wereld, waar altijd sneeuw ligt. Vanuit alle drie de dorpen kun je het gebied in. En je kunt hier dus heel veel meters maken zonder steeds weer dezelfde pistes te nemen.
Al is dat toch wel wat je moet doen, want de pistes op de Vorab Gletscher zijn zó goed, dat je steeds weer omhoog wil. Het enige nadeel – zoals vaker op gletsjers – is dat er alleen een sleeplift te vinden is. Dus op koude dagen is het wel bikkelen omhoog om nóg een keer de rode 32 en 33 te kunnen doen. Maar je krijgt er een paar waanzinnig brede afdalingen voor terug.
Leuk vind ik ook dat je hier eigenlijk bijna overal met je gezicht in de zon skiet (als ‘ie schijnt dan). Wij bleven op ski’s op de piste, maar mocht je meer actie willen, dan is het goed om te weten dat dit hét freestyleresort voor freeskiërs en snowboarders in de Alpen is. Met de grootste halfpipe ter wereld, eeneen professionele kicker line in Olympische afmetingen en in totaal meer dan 90 obstakels, verdeeld over vijf snowparks.
Het gebied is zo groot, dat er ’s morgens overal nog ribbels te vinden zijn. De meeste blauwe afdalingen zijn super breed. En het is ook een overzichtelijk gebied: als je een flinke dagtour wil maken, heb je de pistekaart nauwelijks nodig.
In Laax kun je ontzettend lekker eten. Mocht je uit eten willen, dan heb je zoveel keus. Mijn favorieten op een rij.
Eten in berghutten in het skigebied van Flims – Laax – Falera doe je niet zomaar. Hier vind je zeker geen friet, worst of spaghetti op de kaart. Lunchen doe je hier zoveel mogelijk met lokale gerechten, met ook lokale ingrediënten. Dat wordt googelen als je de menukaart krijgt.
Reserveer in ieder geval één keer voor de lunch bij Stalla – Alp Nagens. Na deze reis is het mijn favoriete berghut van de Alpen. In deze knusse hut wordt de raclette in open vuur voor je gesmolten en eet je de allerlekkerste kaasgerechten. Op zonnige dagen zit je op het terras ook heel goed.
Bij Capalari op Crap Sogn Gion móét je op het terras eten. De DJ zorgt voor een lekkere beat. Op het menu staan veel Zwitserse gerechten zoals capuns, maluns en pizokels: het zegt je waarschijnlijk niets, maar proef gewoon want koken kunnen ze hier wel.
En soms is een burger gewoon precies wat je nodig hebt na een dag skiën. De foodtruck onderaan de dalafdaling naar Flims (bij bergstation Plaun) heeft de lekkerste.
Het is altijd leuk om je ski’s een dag in te ruilen voor dunne latten. Vroeger vond ik langlaufen saai, nu ben ik fan. En daarvoor moet je in Zwitserland naar het idyllische Bargis.
Je komt het makkelijkste in Bargis met de bus. Wel even Zwitserse franken pinnen want je kunt alleen contant betalen. Het autovrije plateau van Bargis (op 1.550 meter) is de perfecte plek als het net gesneeuwd heeft. Een romantische, serene langlaufloipe met houten huisjes en indrukwekkende rotsen en bergen om je heen. Dit is zo’n plek waar al je zorgen als sneeuw voor de zon verdwijnen.
Daar waar je de bus uitstapt en het parcours begint, kunt je ook materiaal huren. Het langlaufparcours van Bargis is 7 kilometer en slingert door de vallei. Meer rondjes doen kan natuurlijk ook. Langlaufen is niet super moeilijk, vooral heel tof om te doen en het is een échte work-out (kleed je niet te warm aan). Ga dus zeker niet in je skipak, maar warme tights, thermoshirt en een jasje of vest. Laagjes is het beste. En dan is het vooral genieten in Bargis.
Tussen al die bergtoppen kun je je haast niet voorstellen dat een van de mooiste kloven van Europa zo dichtbij is. Maar vanuit Flims is de Rijnkloof toch echt binnen handbereik. De spectaculaire Zwitserse ‘Grand Canyon’.
Vanaf de parkeerplaats in Flims-Waldhaus kun je aan een wandeling van ongeveer acht kilometer beginnen. Je wandelt naar Il Spir, een uitkijktoren vanaf waar je de Rijnkloof in kunt kijken. Daar doe je – met fotostops en volop tijd om van de uitzichten te genieten – een kleine twee uur over.
Al vrij snel op de route kom je eerst langs bergmeer de Caumasee waar een prachtig eilandje in het midden ligt. In de winter, met een dun laagje sneeuw, is het een sprookjesachtige plek. Eenmaal bij Il Spir kijk je uit over een schilderachtig landschap, dat er van bovenaf haast nep uitziet. We zien honderden meters onder ons een trein door de kloof rijden, vlak langs de azuurblauwe rivierwater van de Voor-Rijn. In de winter is het niet druk op dit wandelpad en dus heb je dit waanzinnige uitzicht voor je alleen.
Tijdens het skiën kom je er langs, zonder door te hebben hóé bijzonder deze plek is. De puntige rotspieken van de Tschingelhörner zijn onderdeel van de Tectonic Arena Sardona, dat is is erkend als UNESCO-werelderfgoed.
De Alpen zijn ontstaan op het kruispunt van verschillende tektonische platen, waaronder de Euraziatische en Afrikaanse platen. Miljoenen jaren geleden schoven deze platen over elkaar heen, wat leidde tot de vorming van bergen zoals de Tschingelhörner en het Piz Sardona-massief. Bijzonder is dat de Afrikaanse en Europese platen elkaar hier overlappen, met de oudste gesteentelagen bovenop. Deze geologische structuur, duidelijk zichtbaar door een scheidingslijn tussen de twee platen, is absoluut uniek.
De beste manier om dit gebied te ontdekken is op sneeuwschoenen. Wij maakten een sneeuwschoenwandeling om meer te leren om dit gebied, een route van ongeveer vijf kilometer. Niet alleen leerzaam maar ook een leuke activiteit om te doen als afwisseling op het skiën.
Na vijf heerlijke dagen in de Zwitserse Alpen kan ik wel zeggen dat dit een van mijn favoriete wintersportbestemmingen is. Het is de ontspannen sfeer, het lekkere eten en zeker ook de combinatie van skiën, langlaufen en mooie winterwandelingen die het zo bijzonder maken. Het nadeel is wel dat dit geen goedkope bestemming is (work hard until Switzerland feels cheap) maar je krijgt er heel veel voor terug!
Wil je meer weten over deze wintersportvakantie, kijk dan op de website van Flims-Laax en misschien wordt dit wel jouw volgende bestemming!