Afgelopen dagen waren rood, de kleur van Australië’s Red Centre. Duizenden kilometers reden we deze week door de outback, waar soms opeens een wereldwonder blijkt te staan.
Na drie nachtjes ‘bijkomen’ in Alice Springs vertrokken we vorige week met onze van naar de ‘eindbestemming’ van onze roadtrip vanaf Darwin: Uluru, oftewel de Ayers Rock. Uluru ligt ‘vlakbij’ Alice Springs, wat betekent dat het ongeveer vijf uur rijden is. De enige accommodatie bij Uluru in de buurt is het Ayers Rock Resort. Daar bevinden zich drie hotels en een camping. Wij gingen uiteraard voor de laatste optie 😉
Ayers Rock (Uluru)
Hoewel we Uluru al vaak op plaatjes gezien hadden, viel de bekendste rots van Australië niet tegen in het echt. De Ayers Rock (zoals de Australiërs de rots noemen – volgens de Aborignials is het ‘Uluru’) was zelfs nog groter dan verwacht. Niks geen dringen om tussen de andere toeristen door een goede foto te maken; de rots was groot zat. Bovendien viel het aantal toeristen ook erg mee. Tijdens de zonsondergang bij Uluru stonden er zo’n twintig auto’s in de ‘drive-in’. Onze van stond met de klep open naar Uluru gericht. Voor de auto hadden we ons tafeltje uitgeklapt, waar we ons tijdens de zonsondergang gekookte maaltje opaten, onder het genot van een wijntje en het licht van de zonsondergang op Uluru. Happy thoughts-momentje to the max!