Hoe vier je Día de los Muertos?
Op 1 en 2 november is het écht feest in Mexico, want Día de los Muertos wordt uitbundig gevierd. Graven worden versierd en er wordt letterlijk óp het kerkhof gedanst. Maar er is op deze dagen nog veel meer te doen.
Zo worden de straten versierd met tapijten en bloemen, zodat de doden de weg vanaf het kerkhof naar hun huis terug kunnen vinden. Sommigen zijn al jaren geleden overleden en “kunnen dus mogelijk zelf hun huis niet meer vinden”. Daarvoor wordt de cempasúchil gebruikt, een opvallende oranjekleurige bloem die de doden makkelijk zouden kunnen herkennen. Er wordt pan de muerto – dodenbrood – gemaakt, een brioche-achtig broodje dat massaal gegeten wordt, maar wat ook op een feestelijke manier versierd wordt: het moet zoveel mogelijk op een skelet lijken.
Maar Día de los Muertos associeren wij vooral met mensen die zich schminken als skelet. In veel steden worden paraden gehouden, waarin men verkleed als skelet en met grote praalwagens door de straten trekt. Het is een beetje het carnaval van Brazilië, want er is volop muziek, de mensen zijn uitbundig gekleed en dansen op straat.
La Catrina
Skeletten en schedels zijn namelijk dé symbolen van de Día de los Muertos en die zie je op 1 en 2 november overal in Mexico. Eigenlijk alles staat op deze dagen namelijk in het teken van de dood en skeletten. Het snoep dat gegeten wordt is in de vorm van een skelet en ook dames gaan gekleed als de populairste skelet van allemaal: Catrina.
La Catrina is een deftige dame met een hoed, veel kleur en bloemen, maar wel met het gezicht van en skelet. Het is een eeuw geleden bedacht als satire, maar inmiddels is dit precies de manier zoals vrouwen zich op de dag van de doden kleden. Klokslag middernacht is het feest afgelopen en keren de doden weer terug naar het hiernamaals. En gelukkig zijn er dan nog wel de foto’s….