Bezienswaardigheden in Brugge
Je kunt het in een vreemde stad op twee manieren aanpakken: zien wat er op je pad komt, of een lijstje bij de hand houden zodat je niets mist. Persoonlijk spreekt die eerste manier mij het meeste aan, maar mocht je zeker willen zijn dat je in Brugge alle must-sees meepakt, dan zijn dit dé bezienswaardigheden.
Het Belfort van Brugge is veruit het beroemdste gebouw van de stad. Met 83 meter hoogte is het een opvallende toren. Het Belfort – ook wel de Halletoren – ligt aan de Markt en is daar het letterlijke hoogtepunt. Normaal gesproken kun je de toren beklimmen: meer dan 300 traptreden omhoog voor waanzinnig uitzicht. Ten tijde van corona is de toren echter gesloten, dus wij hadden pech.
Het Begijnhof is een van de meest serene plekken van de stad. Een begijnhof is een hofje met woonhuizen waar vroeger begijnen woonden, alleenstaande religieuze vrouwen. Het Begijnhof van Brugge is zeer fraai om te zien met witte huizen rondom een prachtig park.
De Markt is het centrale plein van de stad, met rondom het Stadhuis en het Belfort. Vooral het gotische stadhuis met een natuurstenen voorgevel is mooi om te zien. Rondom zijn terrasjes te vinden waar je – als ‘ie schijnt – met je neus in de zon zit. Op de Markt kun je ook instappen voor de toeristische rit met paard en wagen: voor 50 euro mag je mee.
De Blinde Ezelstraat is een steegje tussen de Burg en de Vismarkt, twee van de mooiste pleinen van Brugge. De Blinde Ezelstraat is zo’n plek waar je je volledig in de middeleeuwen waant, alsof je even terug in de tijd gaat. En als je de foto’s van vroeger ziet dat kom je tot de conclusie dat er ook niets veranderd is.
En heb je dan alles gezien? Nee hoor, zeer zeker niet. Maar deze stad wordt eigenlijk alleen maar leuker als je lekker op je gemak rond slentert. Er is echt heel veel te zien en doen.